Contact: a.j.vd.zeeuw@at16home.demon.nl
HET LEIDSE GESLACHT DRINHUIJZEN
De nog steeds in Nederland voorkomende naam Drinhuijzen
is een vernederlandste vorm van het duitse Drinhausen. Deze naam kwam (en komt
nog steeds) veelvuldig voor in Duitsland, met een sterke concentratie in het
Rijnland, m.n. het Ruhrgebied. In Wuppertal bevindt zich een boerenerfgoed Gut
Drinhausen, tegenwoordig een hotel-restaurant, gelegen aan een weg die Klein
Drinhausen heet. De huidige eigenaars heten overigens niet Drinhausen, en
hebben voor zover hun bekend ook geen Drinhausens in hun voorgeslacht. Op de
internetsite van de Mormonen (FamilySearch) is een groot aantal Duitse
Drinhausens te vinden, in zeer overwegende mate in het Ruhrgebied, die ofwel
Evangelisch-Luthers ofwel Rooms-Katholiek waren.
Omstreeks 1685 verschenen de eerste Drinhausens in
Leiden, twee broers, beiden afkomstig uit Wülfrath bij Düsseldorf, en mogelijk
een zuster, die we alleen kennen uit een doopgetuigenis. Omstreeks 1715 kwam
een oomzegger van de beide broers, afkomstig uit Hückeswagen, eveneens bij Düsseldorf, naar Leiden. Alle drie mannen sloten
huwelijken voor de NG kerk, en lieten hun kinderen daar dopen, zodat het
waarschijnlijk is dat zij ook in Duitsland lidmaten waren van een verwante
kerk. Omdat helaas inkomende attestaties van kerken in Leiden niet zijn
bewaard, is het niet mogelijk een nauwkeuriger tijdsaanduiding van hun komst
naar Leiden te geven. De Drinhausens in mijn voorgeslacht (dan inmiddels
Drinhuijzen geheten) stammen af van de jongste van de beide broers en van hun
oomzegger. Zoals voor vrijwel al mijn zeventiende- en achttiende-eeuwse
voorouders geldt, behoorden ook zij tot het sociaal-economisch zwakke Leidse
(textiel-)industrieproletariaat, en lieten de wereld weinig meer na dan hun
doop-, ondertrouw- en overlijdensgegevens en gezinssamenstellingen. De voor
zover ik kan nagaan laatste Leidse mannelijke Drinhuijzen is in 1898 geboren.
Hij had, blijkens zijn persoonskaart, geen nakomelingen. Momenteel leven in
Nederland weer Drinhuijzens, voornamelijk in het zuidoosten van het land. Zij
hebben ‘Indisch’ bloed en stammen af van een Leidse Drinhuijzen (Vb) die in het
begin van de 19e eeuw naar Ned.-Indië vertrok. Na de
soevereiniteitsoverdracht zijn zijn nog levende nakomelingen (vrijwel) allemaal
naar Nederland gekomen.
In het midden van de 18e eeuw verschijnen nog
enige Duitse Drinhausens (onmiddellijk Drinhuijzen genoemd) in Leiden,
afkomstig uit de buurt van Essen, die echter niet aantoonbaar verwant waren aan
de bovenbehandelde personen. Zij waren evangelisch-luthers. Voor zover mij dat
in Leiden mogelijk was, heb ik ook hun wedervaren nagegaan en hier voorafgaand
aan de genealogie als een aparte sectie opgenomen.
Opvallend is dat in Zweden in de 18e en tot in het begin
van de 19e eeuw Drinhausens leefden, kennelijk behorende tot één familie, die
hun kinderen lieten dopen in de ‘Hollandska Reformerta Forsamling’, en dus
mogelijk met Nederlandse Drinhuijzens verwant zijn en/of uit dezelfde
kerkelijke omgeving in Dutisland kwamen. Zie hiervoor de FamilySearch van de
Mormonen (zoekwoorden Drinhausen en Sweden).
A De Lutherse
Drinhuijzens in Leiden.
Het eerste, en dus waarschijnlijk oudste lid van deze
familie dat in Leiden een Schepenhuwelijk sloot (otr/tr. 12/27-3-1745) was
Christina Drin(g)huijsen, j.d. van Essen, wnd. Oude Vest. Haar bruidegom was
Gijsbert Edelhoff, wednr. Clara Goodschalk. Haar getuige was (Anna) Elisabeth
Dringhuijsen, wnd. Langegracht, vermoedelijk haar schoonzuster, getrouwd met
Abraham Brouwou, Broewou of Barwou (zie hieronder). (Dit laatste huwelijk is
overigens niet in Leiden gevonden, en is mogelijk elders (nog in Duitsland ??)
gesloten. Johanna Elisabeth Drinhuijzen, vrouw van Abraham Barwou, werd in de
periode 8/15-1-1785 begraven. Zij is de enige van deze familie Drinhuijzen van
wie in Leiden een begrafenis is gevonden.) Enkele jaren later (otr./tr. 31-5/15-6-1754) trouwde haar broer Hendrik Theodorus
Drinhuijsen, kleermakersknecht van Essen, voor Schepenen met Helena Maria
Elisabeth Scheijbelaar (Scheibeler), j.d.
van ‘Iserloo in ’t Brandenburgse’ (Iserlohn). Zijn getuige daarbij was
zijn zwager Abraham Brouwou. In het Poorterboek vinden we van Hendrik de
volgende inschrijving:
‘Hendrik Drinhuijsen,
kleermakersknecht, geboortigh van Essen, is op de getuijgenisse van Christiaan
Wagener, knegt van de artillerije, ende Abraham Brouwou, als Poorter deser stede
aangenomen, op den 9e December 1754. N.B.Heeft voor de Resolutie van
den Jaere 1737 in de stad gewoond.’
In het gezin Drinhuijsen/Scheibeler werden twee kinderen
geboren en Luthers gedoopt:
9-2-1756 (privé) Maria Elisabeth,
15-6-1758
(privé) Abraham Theodorus, Getuigen Abraham Broewou en Lysbeth Drinhuijsen.
Van dochter Maria Elisabeth is een
Nederduits-Gereformeerde ondertrouw gevonden:
5-7-1776 Maria Elisabeth Drinhuijzen, wnd Langebrug,
geass. met Helena Maria Elisabeth Scheibeler, haar moeder, met Hendrick
Christiaan Hartwig, kok, van Corbagh int Vorstendom Waldek, wnd Breedestraat,
geass. met Johannes Schneider zijn oom, wnd Breedestraat int Hof van Holland.
In dit gezin is een aantal kinderen geboren, wier lot
echter niet is gevolgd.
Verder is in Leiden niets van deze familie Drinhuijzen
gevonden.
B GENEALOGIE
DRINHUIJZEN
Voor zover niet anders vermeld, hebben doop, (onder-)trouw,
en begrafenis resp. overlijden in Leiden plaatsgevonden. Dopen, eveneens indien
niet anders vermeld, zijn geschied volgens de Nederduits-Gereformeerde rite.
Voor de toenamen is de spelling van de kerkelijke ondertrouwinschrijving of het
burgerlijk huwelijk gebruikt. N.B. De doopregisters van de hieronder vermelde
plaatsen in Duitsland zijn niet bewaard gebleven. Indien de gegevens op nog te
verwachten persoonskaarten daartoe aanleiding geven, zal deze genealogie worden
gewijzigd en/of aangevuld.
I NN x NN
Hieruit
(volgorde onbekend):
1. Jan Hendrick, geb. Wülfrath (D) volgt IIa
2. Gerrit, geb. Wülfrath (D) volgt IIb
3. NN, wonend Hückeswagen volgt IIc
?? 4. Pieter. Een
Pieter Drijnhuis en Magteld van Mekkenhage (m en v?) getuigden bij de doop van
Harmen, het 4e kind van Gerrit Drinhuis (IIb). Mogelijk zijn ‘NN’ en
Pieter een en dezelfde. Zie ook het commentaar bij IIIc.
?? 5. Belitje. Jan
Hendriksz (moet zijn Jan Hendrick) Drinhuis en Belitje Drinhuis getuigden bij
de doop van Lydia, het 2e kind van Gerrit Drinhuis (IIb)
IIa Jan Hendrick DRINHUYS, geb. Wülfrath (D) ca. 1660, verm. begr. Leiderdorp 27-1-1720
(als Jan Drinhuysen, lakenwerker, van de Waardgracht), otr.1) 12-11-1689
Annetge Harmens (Weermans), geb. ‘Nieuwenborch’ ca. 1650*, begr. niet gev.,
wed. Harmen Adolph, otr. 2) 3-3-1703 Sara Harlingen, wed. Tobias Bollan.
* Annetge Harmens, afk. van ‘Nieuwenborch’, otr.
2-11-1673 Harmen Adolff, wednr. Angnieta Schoff.
Uit het eerste huwelijk:
Margrieta, ged.
15-5-1690. Get. Gerret van Drenhuijsen en Margrieta Cornelis van Egmond.
IIb Gerrit DRINHUIS, geb. Wülfrath int
Berghlant (D) ca. 1665, overl. Leiden
kort voor 14-8-1711 (her(o)tr. L.d.P.; voogdijstelling 21-8-1711), otr.
23-4-1695 Lysbeth Marcusdr de Pree, doop niet gev., begr. 3/10-12-1729, wed.
Jan Prins, dr van Marcus de Pree en Lydia Louys ?. (Zij her(o)tr. 14-8-1711
Jacobus van Kooijwijk, wedr. Elisabeth Koelmans.)
Uit dit huwelijk:
1. Herman, ged.
5-2-1696, overl. voor 21-8-1711.
2. Lydia, ged.
28-11-1696, overl. voor 21-8-1711
3. Marcus, ged.
20-4-1698
volgt IIIa
4. Harmen, ged.
25-11-1699 (get. Pieter Drijnhuis en Magteld van Mekkenhage),
begr.
24-4/1-5-1700
5. Jacobus, ged.
15-3-1701
volgt IIIb
6. Geertruy, ged.
4-2-1705, begr. 4/11-12-1706
7. Geertruijd,
ged. 29-1-1708, begr. 4/11/10-1727
IIc NN x NN
Uit dit huwelijk:
Johann Jürgen,
geb. Hückeswagen (D) ca. 1690
volgt IIIc
IIIa Marcus DRINHUIJSEN, ged. 1698/9, overl.
niet gev. (Naarden?), otr. Leiden 25-2-1719 (sch. 13-10-1731) Trijntje van Biemen,
ged. 28-9-1698, begr. 29-10/5-11-1768, dr van Teunis van Biemen en Claesje
Slingeland.
Uit dit huwelijk:
1. Lysbeth, ged.
4-6-1719, begr. 17/24-6-1719
2. Clasie, ged. 30-7-1720, begr. 24-4/1-5-1756
Marcus Drinhuis en Trijntje van Biemen krijgen op 17-4-1729 attestatie naar Naarden. Op 13-10-1731 werd in Leiden de scheiding van tafel en bed tussen beiden uitgesproken, waarbij Marcus 5 stuivers per week voor het kind moest betalen, tot zij 20 jaar werd of (indien eerder) zou trouwen. Trijntje overleed in Leiden.
IIIb Jacobus DRINHUIJSEN, ged. 15-3-1701,
overl. niet gev., otr.1) 9-8-1721 Rebecca Lombaert, ged. 25-3-1700, begr.
28-5/4-6-1740, dr van Jan Lombaert en Lysbeth Pieters, otr. 2) 29-10-1740 (sch.
17-1-1750) Marijtje Ligtvoet, ged. 13-10-1695, begr. 15/22-1-1752, wed. Antony Stevaa, dr van Claes Lightvoet en
Claesijntje Winterbeeck.
Uit het eerste huwelijk:
1. Elizabeth, ged.
8-7-1722
2. Gerret, ged.
14-6-1723
3. Gerret, ged.
25-1-1725
volgt IVa
4. Lysbeth
Dringhuysen, ged. 15-7-1727, overl. niet gev., otr. 29-11-1749 Pieter Altera,
ged. 13-8-1730, grijnwerker,
overl. niet gev.,
zn van Hendrik Altera en Maria van der Schallie.
5. Jacobus, ged.
?, begr. 25-2/4-3-1730
Het overlijden van
Jacobus Drinhuijsen is niet gevonden. Op 17-1-1750 werd de scheiding van tafel
en bed uitgesproken tussen Jacobus Drinckhuijsen en Marytje Ligtvoet. Blijkens
een attestatie van 1-12-1754 vertrok een Jacobus D. naar Krefeld.
IIIc Johannes Jurrien (Johann Jürgen) DRINHAUSEN,
geb. Hückeswagen (D) ca. 1690, lakenwerker, begr. Leiden 22/29-9-1770, otr. 1)
27-7-1719 Katrijn de Voer (get. zijn oom Jan Hendrik Drinhausen), ged.
2-6-1697, overl. tussen 16-7-1758 en 8-10-1761, dr van Jan du Four en Belitge
Michielsdr Hoecker, otr. 2) 8-10-1761 Anna Koene, geb. niet gev., begr.
3/10-5-1777, wed. Willem Waalwijk, dr van ? en Willemijntje Davidts (?)
Uit het eerste huwelijk:
1. Katarina, ged.
5-11-1719, begr. 11/18-11-1719
2. Maria
Petronella Drinhuijzen, ged. 6-5-1722, begr. 12/19-8-1769, otr. 19-1-1747 Gerrit
Drinhuijzen,
ged. 25-1-1725, figuurwerker, begr. 3/10-10-1789, zn van Jacobus Drinhuijzen en
Rebecca Lobaert.
3. Johannes
Henrick, ged. 20-3-1725, begr. 15/22-3-1727
4. Joannes, ged.
11-1-1728
5. Pieter, ged.
14-6-1731, begr. 23/30-6-1731
6. Pieter, ged.
31-3-1733 volgt IVb
7. Catharina, ged.
23-9-1736, begr. 8/15-12-1736
8. Sibilla, ged.
23-9-1736, begr. 29-12-1736/5-1-1737
9. Jacobus, ged.
10-11-1737 volgt
IVc
Bij het huwelijk van
Johannes Jurrien Drinhausen getuigde zijn oom Jan Hendrik Drinhausen (IIa).
Johannes Jurrien was dus kennelijk een zoon van een onbekend gebleven broer van
Jan Hendrik en Gerrit Drinhuys (IIb), die gezien de tweemaal voorkomende
vernoeming mogelijk Pieter of Peter heette.
IVa Gerrit DRINHUIJZEN, ged. 25-1-1725, figuurwerker, begr. 3/10-10-1789, otr. 19-1-1747 Maria Pieternella Drinhuijzen, ged. 6-5-1722, begr. 12/19-8-1769, dr van Johannes Jurrien Drinhausen en Katrijn de Voer.
Uit dit huwelijk:
1. Rebecca, ged.
2-2-1747, begr. 11/18-3-1747
2. Catrina Drinhuijzen, ged. 9-6-1748, begr. 12/19-12-1795, otr. 26-7-1776 Jan
Klaar, ged. 25-6-1750, rokjeswerker,
overl./begr.
8/11-5-1808, zn
van Willem Klaar en Susanna van de Walle.
3. Jacobus, ged.
1-2-1750, begr. 3/10-4-1751
4. Maria
Pieternella Dringhuizen, ged. 25-6-1752, overl. 4-12-1814, otr. 19-6-1778
Pieter Bij, ged. 18-1-1752,
grijnwerker, overl. niet gev., zn van Hermanus Beij en
Geertruij Rubbers.
5. Johannes, ged.
29-9-1754, begr. 26-10/2-11-1754
6. Gerrit, geb.
19-10-1755
7. Rebecca
Drinhuyzen, ged. 16-7-1758, overl. 5-4-1848, otr. 24-4-1783 Jan Brakel, ged.
4-1-1756, verwer, overl. 28-8-
1808, zn van Steven Brakel en Pieternel Vangst.
8. Antonie, ged. 1-2-1761
9. Anna, ged.
24-4-1763, begr. 17/24-9-1763
10. Jacoba, ged. 23-4-1769, begr. 23/30-9-1769
IVb Pieter DRINHUIZEN, ged. 31-3-1733, lakenwerker, overl. tussen 22-10-1794 en 17-12-1795 (voogdijstelling), otr. 25-4-1757 Jacoba van Erkel, ged. 13-7-1738, overl. 16-9-1811, dr van Jan van Erkel en Jannetje van der Taal.
Uit dit huwelijk:
1. Anna, ged.
25-8-1767, begr. 5/12-9-1767
2. Jannetje, ged.
21-5-1769, begr. 11/18-1-1772
3. Johannes, ged.
27-10-1772 volgt Va
4. Jannetje
Drinhuijzen, ged. 27-10-1772, overl. 6-9-1816
Onecht kind van
Jannetje:
Pieter, begr.
19/26-3-1803
5. ll. kind, begr.
14/21-3-1778
6. Susanna
Drinhuizen, ged. 15-3-1778, overl. 15-5-1806, otr./tr. 23-6/8-7-1797 Isaac Leemans,
ged. 13-10-1768, wolkammer, overl. 15-8-1830, zn van Isaac Leemans en Jacoba
van Wingerden.
Voorkind van Susanna:
Jan
DRINKHUIZEN, ged. 22-10-1794, tuinman,
overl. 30-12-1867, tr. 1) 11-5-1826 Dijna van Beekum, dienstbode, ged. Den Haag
19-12-1790, overl. niet gev., wed. Jacob Frederik van Hassel, dr van Johannes
van Beekum en Maria Kuijper, tr. 2) tr. Leiderdorp 27-2-1851 Jannetje Springer,
geb./ged. 1/4-11-1792, overl.
24-2-1870, wed. Pieter van Leeuwen, dr
van Leendert Springer en Lena Luureman. Uit deze huwelijken geen kinderen
gevonden. Op 19-11-1843 kregen Jan D. en
Dina van B. attestatie naar Oegstgeest.
IVc Jacobus DRINHUIJZEN, ged.
10-11-1737, begr. 27-12-1783/3-1-1784, otr. 1) 10-8-1765 Marytje la Mair, ged.
1-4-1736, begr. niet gev., dr van Simmond Lemair en Jannetje van den Berg,
otr. 2) 18-4-1766 Maria Salm, ged. 21-12-1745, begr. 16/23-4-1774, dr van Christiaan
Salm en Catrijna Trawee (Trouwe(el))
Uit het tweede huwelijk:
1. Johannes, ged. 16-12-1766, begr. 16/23-10-1773
2. Christiaan, ged. 3-3-1768 volgt Vb
3. Catharina Drinhuijzen, ged. 30-1-1774, overl.
23-1-1850, otr. 24-5-1799 Willem van der Reijden, ged. 21-1-1773,
droogscheerder,
overl. 19-1-1837, zn van Huibert van der
Rijden en Willemijntje Maas.
Sinds 4-4-1845 woonde Catharina in het
Oudeliedenhuis.
Va Johannes DRINHUIJZEN, ged.
27-10-1772, schoenmaker, overl. Zoeterwoude 3-12-1842, otr. 26-4-1809 Neeltje Mieremet, ged.
4-12-1782, overl. Zoeterwoude 3-11-1866, dr van Pieter Mieremet en Neeltje Toomes.
Uit dit huwelijk:
1. Pieter
Johannes, geb. 16-12-1810
volgt VIa
2. Neeltje Jacoba,
geb. 8-10-1812, overl. 26-1-1813
3. Johannes
Jacobus, geb. 24-1-1814, overl. 1-5-1819
4. Hendricus
Jacobus Drinhuijzen, geb. 5-3-1816, tuinman, ongeh. overl. 25-12-1894.
5. Jacobus, geb.
30-3-1818 volgt VIb
6. Johannes
Jacobus, geb. Zoeterwoude 1-6-1820, overl. ald. 7-11-1825
7. Jansje Jacoba,
geb. Zoeterwoude 10-9-1822, mog. overl. als. 6-3-1888
8. Willem
Frederik, geb. Zoeterwoude 5-4-1824, overl. ald. 17-6-1833
Vb Christiaan DRINHUIJZEN, ged. 3-3-1768, boekbindersknecht,later koster en onderwijzer, overl. Semarang (Ned.-Indië) 30-8-1837, otr./tr. 1) 6/21-5-1791 Elisabeth van Eijk, ged. 6-1-1767, overl. 25-1-1823 in het Minnehuis, dr van Willem van Eyke en Martijntje Hartring, tr. 2) Semarang 1826 Christina Both, wed. J. Eisman.
Uit het eerste huwelijk:
1. Jacobus, ged.
29-1-1793, begr. 8/15-3-1794
2. Maria, ged. 8-6-1795, begr. 15/22-8-1795
3.
Willem, ged. 19-6-1796, begr. 13/20-1-1798
4.
Willem Fredrik, ged. 3-8-1800, begr. 20/27-6-1801
5.
Zoon, geb. Leiden (?)6-3-1802. Deze doop is in Leiden
niet gevonden.
6.
Zoon, geb. Ned.-Indië 11-3-1816
7.
Zoon, geb. Ned.Indië 31-7-1817
In de Collectie Blois
van Treslong Prins, (CBG) vinden we verdere gegevens. Christiaan Drinhuijzen
kwam in 1804 aan in Ned.-Indië, kennelijk met zijn vrouw. Hij vestigde zich in
1806 in Semarang als koster van de protestantse kerk. Bij zijn overlijden was
hij gepensioneerd 2e onderwijzer in het gereformeerde weeshuis.
Kennelijk is zijn vrouw naar Nederland teruggekeerd. De fiche (Collectie BvT-P)
vermeldt dat zij in 1817 in Europa was, en 3 zoons had, met doop-/geboortedata
als vermeld. De doop van een van die zoons zou nog in Leiden hebben moeten
plaatsvinden, maar is daar niet gevonden. Twee van deze zoons heetten Jacobus
Abraham en Johannes Willem. Zij zetten het geslacht in Indië voort. Zie het
hoofdstuk, met aparte nummering, over de ‘Indische Drinhuijzens’. Elisabeth van
Eyk stierf als ‘weduwe’, wat dus kennelijk onjuist is.
VIa Pieter Johannes Drinhuijzen, geb.
16-12-1810, kantoorbediende, deurwaarder, overl. 17-5-1851, tr. Zoeterwoude 3-4-1840 Sophia
Wilhelmina Romans, geb. Leiden 14-12-1810, overl. Leiden 30-7-1869, dr van
Willemina Romans.
Uit dit huwelijk:
De hieronder genoemde
kinderen (voor zover in leven) zijn na de dood van hun vader als (half-)wezen
opgenomen in het Waals weeshuis, en verder Waals hervormd opgevoed. Hun moeder woonde op 1-8-1853 op het Rapenburg.
1. Cornelia Sophia
Drinhuijzen, geb. 27-4-1840, overl. Utrecht 19-9-1902, tr. Voorschoten 25-6-1865 Eduard Cornelis van Deventer, geb. Utrecht
1836/7, graveur, 27 j., zn van Gerrit Hendrik van Deventer en Grietje
Barnevelt.
Het paar verschijnt
later in Arnhem.
2. Wilhelmina
Johanna Drinhuijzen, geb. 26-1-1842, overl. niet gev., tr. 5-5-1869 Johan
Cornelis van Druten, geb. 24-8-1841, leraar HBS, overl. niet gev., zn van
Willem Houwer van Druten en Maria van Staden.
Op 27-5-1905 keert,
blijkens het Leidse BR, Wilhelmina Johanna Drinhuijzen, wed. J.C. van Druten,
terug uit Californië. Mogelijk is Van Druten daar overleden. Het paar had in
elk geval tenminste twee zoons, van wie een in Nederland trouwde en een in de
VS overleed in 1956. Aangezien het overlijden van Wlhelmina J. niet in Leiden
is gevonden, is het denkbaar dat zij is teruggekeerd naar Californië.
3. Jan Hendrik
Drinhuijzen, geb. 11-2-1844, kantoorbediende, ongeh. overl. 18-1-1864
4. Johanna
Petronella Drinhuijzen, geb. 27-8-1846, overl., tr. Zoeterwoude 12-7-1894 Dirk
Jan Gideon Bogaert, geb.
Middelburg ca. 1848, zonder beroep, zn van Henri Bogaert
en Constance Pauline Louise baronesse van Heeckeren tot Wandsenburg (laatste
naamsgedeelte moeilijk leesbaar).
Het paar verhuist,
kennelijk ongehuwd, naar San José (Californië), waar in 1875/6 een dochter
Constance Pauline Louise Bogaert wordt geboren. Deze dochter trouwt op 2-4-1896
in Utrecht met haar neef Willem Houwer van Druten, geb. 1872/3 in Zaandam, zn
van Johan Cornelis van Druten en Wilhelmina Johanna Drinhuijzen.
5. Pieter Jacobus,
geb. 17-11-1849, overl. 15-6-1850
VIb Jacobus DRINHUIJZEN, geb. 30-3-1818,
kabinetwerker, overl. 25-5-1883, otr. 29-4-1853 Johanna Geestman, geb.
25-4-1819, dienstbode,overl. 21-10-1900, dr van Pieter Geestman en Zakkelina
van der Kaay.
Uit dit huwelijk:
1. Johannes, geb.
15-9-1854 volgt VIIa
2. Jacqueline Drinhuijzen,
geb. 16-11-1856, onderwijzeres, overl. Oegstgeest 27-10-1938, tr. 27-4-1892
Anton Cattel, geb. 15-5-1861, onderwijzer, overl.,
zn van Johannes Philippus Cattel en Antoinetta Pieternella Houtbekkers.
3. Jacobus
Hendrik, geb. 25-2-1859 volgt VIIb
VIIa Johannes DRINHUIJZEN, geb. 15-9-1854,
meubelmaker, overl. 10-1-1917, tr. 25-6-1884
Wilhelmina Catharina Schuddemat, geb. 20-6-1858, overl. 27-1-1932. dr
van Jacobus Schuddemat en Johanna Catharina Verstraten.
Uit dit huwelijk (tot 1902 bekend)
1. Johanna Marie
Drinhuijsen, geb. 25-5-1897, overl. Rotterdam 28-4-1973, tr. Leiden 28-11-1928
Jan Willem de Roon
Hertoge, geb. Alphen 8-9-1896, overl. Rotterdam
27-12-1969.
VIIb Jacobus Hendrik DRINHUIJZEN, geb.
25-2-1859, meubelmaker, overl. 8-10-1919, tr. 7-12-1892 Cecilia den Bezemer,
geb. 20-7-1862, overl. 14-1-1945, dr van Clement Johannes Martinus den
Bezemer en Hendrina Cecilia van Beek.
Uit dit huwelijk (tot 1902 bekend):
1. ll. kind,
geb./overl. 4-2-1894
2. Jacobus Clement
DRINHUIJSEN, geb. 20-11-1898, overl. 28-9-1979, tr. 1) Leiden 21-9-1927 (sch.
23-11-1946) Catharina Jacoba Delfos, geb. Leiden 30-1-1903, tr. 2) Baarn
21-12-1949 Elizabeth Johanna Cornelia Nieuwland, geb. Wageningen 12-3-1949. Uit
deze huwelijken geen kinderen.