EVEN VOORSTELLEN

 

Ik ben Abraham Johannes (Bram) van der Zeeuw, de derde in rechte lijn met die voornamen, geboren in 1936, gepensioneerd scheikundig ingenieur, getrouwd met Johanna (Anneke) van der Lem. We hebben twee kinderen. Eveline (1965), is landbouwkundig ingenieur (celbiologe), getrouwd met Michel de Leeuw (piloot). Erik (1968) is natuurkundige, getrouwd met Jacqueline Sluimer (neerlandica). We hebben vier fijne kleinkinderen, Iris en Jordi de Leeuw, en Stach en Tessel van der Zeeuw.

 

Mijn genealogiehobby begon begin jaren 80 van de vorige eeuw. Omdat mijn voorgeslacht van beide zijden al ruim drie eeuwen in Leiden woonde, komen in mijn kwartierstaat veel namen van niet-Hollandse oorsprong voor, en daar gaat mijn voornaamste belangstelling naar uit. Voorbeelden: Taayspel, Creket (beide Vlaams), Korenhof (vroeger Graincour, noord-Frans), Van den Wijngaard (vroeger de la Vigne, vermoedelijk Frans), Drinhausen, Kolderman (Duits) e.a. Mijn eigen naam is, voor zover valt na te gaan, autochtoon. De stamvader is in 1665 in Gouda geboren. Van zijn ouders zijn de namen en waarschijnlijk de begraafperiodes in Leiden bekend*. Mogelijk kwam zijn grootvader uit Vlissingen (onzeker !).

 

Minder interessant vind ik bij mijn onderzoeken de sociale en maatschappelijke situaties van mijn voorvaders en –moeders. De reden is eenvoudig: op een doodenkele uitzondering na behoorden zij tot het Leidse industrieproletariaat, en de kommervolle omstandigheden waarin dat moest leven zijn genoegzaam bekend: zwarte armoede, wantoestanden op het gebied van hygiene met als gevolg epidemieën van mazelen, dysenterie, pokken, cholera en tot ver in de 17e eeuw ook pest, massale kindersterfte.  Daar waar ik wel op voor mij en mogelijk voor anderen interessante bijzonderheden stuitte, heb ik enige malen in de genealogische literatuur (Gens Nostra) gepubliceerd, o.a. betreffende de geslachten Bronsgeest (een overgrootmoeder) en Bomli (een bet-overgrootmoeder). De laatste tijd is mijn belangstelling gericht op genealogie langs vrouwelijke lijnen. Enkele voorbeelden zijn te vinden op mijn website.

 

* In Leiden noteerde men voor 1800 i.h.a. alleen de kalenderweek waarin de begrafenis plaatsvond. De overlijdensdatum is maar bij uitzondering bekend.